Amsterdam Amstel: van bouwput tot kloppend hart

Grondige renovatie

De historische stationshal uit 1939 heeft weer de uitstraling en het karakter, zoals de architecten Schelling en Leupen dat aanvankelijk voor ogen hadden: ruim en overzichtelijk.

De afgelopen jaren is station Amsterdam Amstel en de directe omgeving grondig gerenoveerd en heringericht. Vanaf 2017 zijn stapsgewijs onderdelen van het project opgeleverd. De hal vormt een van de laatste puzzelstukjes. Het groeiend aantal reizigers kan zo makkelijk gebruik maken van trein, fiets, metro, bus en tram. Belangrijk, want meer dan 40 procent van reizigers komt per fiets naar het station. Ook worden 450 woningen bij het station gebouwd.

Kloppend hart

Ans Rietstra, COO van ProRail, was aanwezig bij de feestelijke opening. “Een paar jaar geleden was ik hier op vrijdagmiddag op werkbezoek. Aan de voorzijde, waar nu de trams staan, keek ik toen in een diepe bouwput. Daaruit staken tientallen stalen heipalen omhoog.”

Ze vindt het fantastisch om te zien hoe die bouwput is veranderd in een mooi tramstation. “En dat deze historische hal weer functioneert als het kloppend hart van een modern, multifunctioneel stationsgebouw. Begin 2022 komt daar nog een nieuwe trap op perron 1/2 bij, en een verbindingstunnel die aansluit op de huidige reizigerstunnel. Echt iets om trots op te zijn!”

Toekomst

Het werk is nooit af. Ook aan de westzijde van station Amsterdam Amstel wordt gedacht over de verdere ontwikkeling van het station en de stationsomgeving. De gemeenteraad van Amsterdam keurde begin dit jaar een stedenbouwkundig plan hierover goed.

Dit plan voorziet in de aanleg van nieuwe woningen en kantoorruimte, extra groenvoorziening en een ondergrondse fietsenstalling (met zo’n 4.400 fietsparkeerplaatsen in 2030), waarvan de exacte locatie nog niet bekend is.

Ans Rietstra: “Op veel plaatsen waar wij aan het werk zijn, zie je hoe investeren in stedelijke ontwikkeling en openbaar vervoer samenkomen. Dat is altijd het gevolg van samenwerken. En samenwerken ontstaat niet vanzelf. Daar moet je in investeren, je echt hard voor durven maken. Bij Amstel is dat, denk ik, bijzonder goed geslaagd.”