Tijd voor concrete stappen in verbetering internationaal treinverkeer

Bereikbaarheid

ProRail steekt veel energie in de verbetering van de bereikbaarheid van Europese bestemmingen per spoor. Bijvoorbeeld door het internationale spoornetwerk meer als één geheel te bekijken en te investeren in het spoor. “Zo willen we van station Amsterdam Zuid hét internationale station van Nederland maken. Corona zorgt nu voor legere treinen, maar we verwachten dat die straks echt weer vollopen. Om goed voorbereid te zijn op de toekomst én bij te kunnen dragen aan duurzame groei, moeten we nu concrete stappen zetten”, vertelt Jeroen.

EuroLink

Dus schetst hij in heldere taal wat er nodig is voor meer, vaker en snellere internationale treinen in Europa. “En dat moet dan natuurlijk ook betrouwbaar en comfortabel zijn”, vindt Jeroen.

“Om al die doelen te bereiken is EuroLink opgericht, een snelgroeiend samenwerkingsverband van verschillende Europese spoorpartners. Nu zijn dat alleen infrabeheerders, maar we zoeken nadrukkelijk de samenwerking met overheden, vervoerders en stakeholders. Het is belangrijk dat de Europese Commissie, lidstaten en spoorsector zich nu zo sterk maken voor het internationale reizigersvervoer per spoor. ProRail wil eraan bijdragen dat politieke ambities worden omgezet in concrete plannen.”

Gemiste kilometers

Een van die Europese spoorpartners is InfraBel. Daar werkt Thomas Moerman, die samen met Jeroen deze RailTech presentatie houdt. Door het reisverbod zit hij in Antwerpen. “Maar anders was ik zeker met de trein gekomen”, zegt hij. “En op de terugweg was ik waarschijnlijk met een grote omweg naar huis gereisd. Om alle door COVID19 gemiste treinkilometers in te halen.”

Eerst de internationale dienstregeling

“Als je eerst de nationale dienstregeling maakt en daartussen de internationale trein weeft, verlies je rijmogelijkheden, tijd en snelheid voor de internationale trein”, zegt Jeroen. Dat is te voorkomen door eerst de internationale dienstregeling te ontwerpen en daarna nationaal en regionaal te kijken. Zo gebruik je het bestaande en geplande spoor slimmer voor internationaal vervoer.

Eurostar

Als voorbeeld van een belangrijke internationale trein die minder goed rijdt dan mogelijk is, noemt Jeroen de Eurostar tussen Amsterdam en Londen, een traject waar elke dag veel vliegtuigen heen en weer gaan. “Wij willen een groot deel van die reizigers de trein in krijgen en denken dat dit kan als de reistijd, net als afgelopen jaar opnieuw met een half uur omlaaggaat. Reizen per trein wordt dan van deur tot deur sneller en minstens zo comfortabel als het vliegtuig.”

Snel, betrouwbaar en comfortabel overstappen

Andere ambities van EuroLink zijn volgens Jeroen veel meer directe verbindingen. "Niet alleen tussen twee, maar zelfs tussen drie landen of meer. Overstappen kost tijd en comfort, dus dat willen we het liefst zo min mogelijk. En áls er dan moet worden overgestapt, dan zo vlot en aangenaam mogelijk. Neem bijvoorbeeld de trein naar Zuid-Frankrijk; dat gaat met de nodig rompslomp gepaard. Hoe mooi zou het zijn als er frequent snelle internationale treinen om Parijs heen rijden, zodat het gejakker met een metro tussen de grote stations in de binnenstad van Parijs tot het verleden hoort.”

Dit is mogelijk als er doorgaande treinen via het hogesnelheidsspoor langs de stations van luchthaven Charles de Gaulle en Marne-la-Vallée/Eurodisney kunnen rijden. Dat worden dan goede overstapmogelijkheden richting Verenigd Koninkrijk en de Benelux aan de ene, en Zuid-Duitsland en Zwitserland, de Middellandse Zee (Lyon, Barcelona) en Zuidwest-Frankrijk aan de andere kant.

High performance network in 2030

Dan toont Jeroen een schematische weergave van een veel betere Europese spoorkaart tevoorschijn. “Zie hier een high performance network zoals het er in 2030 zou kunnen uitzien. Met hoogfrequente lijnen tussen alle belangrijke Europese steden, corridors die met elkaar verbonden zijn en nieuwe verbeterde overstapstations, met goede aansluitingen op het nationale net. We kunnen hiervoor gebruik maken van bestaande infrastructuur en geplande uitbreidingen in de verschillende landen.

Afstemming

Al met al heeft Jeroen een lange to do lijst met acties om alle ambities waar te maken. “We willen in gesprek met vervoerders, overheden en andere belanghebbenden van het spoor. Daarnaast onderzoeken we het reizigersgedrag- en hun wensen zodat ze eerder kiezen voor reizen per spoor dan door de lucht. En moeten we nog in detail andere treinen, zoals goederenvervoer en binnenlandse treinen, toevoegen aan de internationale dienstregeling."

"Dit gaat allemaal niet vanzelf. We zullen stapsgewijs verbeteringen onderzoeken én invoeren. Onder meer met pilots op delen van het Europese net. Zo leren we wat het beste werkt en kan een reiziger snel profiteren van de verbeteringen. Wil onze schets van 2030 werkelijkheid worden, dan moeten we nu beginnen met de voorbereidingen. Dat kan alleen als we internationaal blijven samenwerken."